De doelwitten van explosies in de Rotterdamse regio belanden steeds vaker in dakloosheid, veroorzaakt door de nasleep van de detonaties. Marianne van den Anker, de Ombudsman van Rotterdam, waarschuwt voor de gevolgen van de 'stoere acties' van burgemeesters. Ze benadrukt dat hoewel de burgemeesters krachtdadig willen optreden en de buurt willen beschermen, de bewoners vaak het dubbele lijden van de explosies en huisuitzettingen dragen.
Na een explosie wordt een woning vaak gesloten door de burgemeester als veiligheidsmaatregel. Van den Anker pleit voor meer zorgvuldigheid voordat een huis wordt afgesloten, vooral als er kinderen bij betrokken zijn. De sluitingen hebben een domino-effect en kunnen leiden tot dakloosheid, vooral nu woningcorporaties buiten de rechter om huurovereenkomsten kunnen beëindigen.
Van den Anker benadrukt dat de sluiting van woningen na explosies verstrekkende gevolgen heeft. Bewoners worden vaak onvoldoende gehoord en hebben beperkte mogelijkheden om zich te verdedigen tegen een sluiting. De ombudsman dringt aan op uitgebreider overleg en transparantie over de procedures rond deze maatregel.
De Ombudsman erkent dat niet alle betrokkenen enkel slachtoffers zijn, maar ook verantwoordelijkheid dragen voor hun daden. Ze benadrukt dat burgemeesterssluitingen noodzakelijk kunnen zijn, vooral in gevallen van ernstige criminele activiteiten.
Ondanks de complexiteit van de situatie pleit de Ombudsman ervoor dat burgemeesters zich meer inzetten om te begrijpen wie er echt getroffen wordt door deze maatregelen. Ze benadrukt dat ook de georganiseerde criminaliteit vaak kwetsbare individuen gebruikt voor criminele doeleinden.
Het gesprek en de communicatie met bewoners zijn essentieel voordat een huis wordt afgesloten. De ombudsman probeert burgemeesters bewust te maken van de bredere impact van woningsluitingen en spoort aan tot meer aandacht voor de betrokkenen, vooral voor kwetsbare groepen.